Paragrafen

Financiering

Inleiding

De financieringsfunctie omvat alle activiteiten die voorzien in de financieringsbehoefte van de gemeente. De gemeente moet om te beginnen over voldoende geld beschikken om aan haar kortlopende verplichtingen te kunnen voldoen. Om investeringen te financieren, trekt de gemeente geldleningen aan met een langere looptijd. De Wet Fido en het Treasurystatuut bepalen de kaders voor de financieringsactiviteiten van de gemeente Urk.

Treasuryfunctie

De financieringsmiddelen worden aangetrokken op de geld- en kapitaalmarkt. In deze paragraaf beperken wij ons tot het weergegeven van de financieringspositie lang, de kasgeldlimiet (korte schuldnorm) en renterisiconorm (lange schuldnorm). Onder de financieringsfunctie valt niet het garanderen van rente en aflossing van geldleningen van derden, die worden per verzoek aan het bestuur voorgelegd.

Financiering lang

De financieringspositie van de gemeente Urk kan als volgt in beeld worden gebracht.

Bedragen (x € 1.000)

rekening 2021

rekening 2022

rekening 2023

begroting 2023

(Im-)materiële vaste activa

59.116

68.786

83.976

99.506

Financiële vaste activa

8.170

8.078

8.292

7.481

Totaal vaste activa

67.286

76.864

92.268

106.987

Voorraden (onderhanden werk)

41.997

52.201

56.330

50.589

Totaal vaste activa en voorraden

109.283

129.065

148.598

157.576

Eigen vermogen:

Algemene reserve

6.626

14.121

17.557

8.708

Bestemmingsreserves

37.298

31.299

28.670

30.381

Vreemd vermogen:

Voorzieningen

7.216

6.947

7.105

8.192

Langlopende leningen (> 1 jaar)

71.360

85.138

78.463

109.891

totaal financieringsmiddelen

122.500

137.505

131.795

157.172

financieringstekort of -overschot

13.217

8.440

-16.803

-404

Afhankelijk van de ontwikkeling van het financieringssaldo, dat onder andere afhankelijk is van de uitvoering van het investeringsschema, en van de verwachte renteontwikkeling worden gedurende het jaar nieuwe geldleningen aangetrokken. De kasgeldlimiet en de renterisiconorm zijn daarbij randvoorwaarden.

Per ultimo 2023 was er een financieringstekort. Het tekort werd gefinancierd door het aantrekken van enige kasgeldleningen. In maart 2024 werd er geconsolideerd door het aantrekken van een langlopende lening van € 25 miljoen.

Onderstaande tabel maakt de mutaties in de geldleningen en de invloed daarvan op de gemiddelde rente zichtbaar. De onder renterisico op vaste schuld vermelde mutaties zijn in deze tabel verwerkt.

Bedragen (x € 1.000)

rekening 2021

rekening 2022

rekening 2023

begroting 2023

Stand per 1 januari

55.908

71.359

85.138

85.138

Nieuwe leningen

20.000

20.000

0

0

Reguliere aflossingen

-4.549

-6.221

-1.841

-6.675

Vervroegde aflossingen

Gemiddelde rentepercentage

2,20%

1,60%

1,73%

1,70%

Stand per 31 december

71.359

85.138

83.297

78.463

Kasgeldlimiet (norm voor korte schuld)

Een belangrijk instrument in de regelgeving is de zogenaamde kasgeldlimiet. Dit instrument is in het leven geroepen om de omvang van de kortlopende financieringsmiddelen te bewaken. De kasgeldlimiet voor 2023 bedroeg € 6,3 miljoen (8,5 % van het begrotingstotaal van € 74,3 miljoen). Van de ontwikkeling van de liquiditeitspositie in relatie tot de kasgeldlimiet kan het volgende overzicht worden gegeven.

Bedragen (x € 1.000)

rekening 2021

rekening 2022

rekening 2023

begroting 2023

Grondslag = omvang begroting per 1-1

66.216

67.701

74.259

74.259

Toegestane kasgeldlimiet (8,5%)

5.628

5.755

6.312

6.312

Toets kasgeldlimiet

totaal netto vlottende schuld

-13.217

-9.263

13.052

404

toegestane kasgeldlimiet

5.628

5.755

6.312

6.312

Ruimte (+) / Overschrijding (-)

18.845

15.018

-6.740

5.908

In de eerste drie kwartalen was het gemiddelde liquiditeitensaldo positief zodat (ruim) werd voldaan aan de kasgeldlimiet. In het vierde kwartaal was er een gemiddelde overschrijding van
€ 3,9 miljoen. Die situatie werd opgelost door in maart 2024 een langlopende geldlening aan te trekken van € 25 miljoen.

Renterisiconorm (norm voor lange schuld)

De renterisiconorm voor 2023 bedraagt € 14,9 miljoen. Namelijk: 20 % van het begrotingstotaal van € 74,3 miljoen. Deze norm wordt in de volgende tabel gerelateerd aan het werkelijke renterisico.

Bedragen (x € 1.000)

rekening 2021

rekening 2022

rekening 2023

begroting 2023

Grondslag = omvang begroting per 1-1

66.216

67.701

74.259

74.259

Toetsing renterisiconorm

Renterisiconorm (20 %)

13.243

13.540

14.852

14.852

Renterisico op vaste schuld (aflossingen)

4.549

6.222

1.841

6.675

Ruimte (+) / Overschrijding (-)

8.694

7.318

13.010

8.177

Uit het overzicht blijkt dat de gemeente Urk ruimschoots binnen de norm blijft. Er is geen sprake van leningen waarop op enig moment de rente herzien kan worden.

Financiering kort (kasbeheer)

De lasten minus de baten van de jaarbegroting en ook de investeringen, worden in eerste instantie gefinancierd met kort geld, financieringsmiddelen met een looptijd van één jaar of korter. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de instrumenten “rekening-courantkrediet”, “daggeldleningen” en “kasgeld-leningen”. Bij het gebruiken van deze instrumenten wordt er op toegezien dat de kasgeldlimiet niet wordt overschreden. Zodra dat dreigt te gebeuren, vindt consolidatie plaats, door het aantrekken van langlopende leningen. Hierbij wordt zo goed mogelijk geanticipeerd op de verwachte renteontwikkelingen. De handelingen over het beheer geschieden conform het gestelde in het treasurystatuut.

Crediteurenbeheer

De gemiddelde doorlooptijd (van binnenkomst tot betaling van een factuur) was 20 dagen (2022: 18 dagen). In 2023 zijn 9.393 facturen verwerkt (in 2022: 8.225 facturen).

Kredietrisico

Het door de gemeente Urk verstrekken van leningen aan derden en het garanderen van de betaling van rente en aflossing van leningen is toegestaan voor zover het om het financieren van een publieke taak van de gemeente gaat. Wat tot de publieke taak van de gemeente behoort, bepaalt de gemeenteraad (Wet financiering decentrale overheden).
De gemeente Urk heeft de volgende leningen rechtstreeks aan derden verstrekt:

Bedragen (x € 1.000)

rekening 2021

rekening 2022

rekening 2023

begroting 2023

Leningen Sociale Zaken (o.b.v. 25%)

242

208

435

243

Stichting Sportaccommodatie Urk

3.019

2.916

2.807

2.813

Stimuleringsfonds Volkshuisvesting

4.606

4.651

4.747

p.m.

Totaal

7.867

7.774

7.989

3.056

Toelichting:

Lening Sociale Zaken:
Het onderdeel leningen verstrekt in het kader van Soza-regelingen heeft voornamelijk betrekking op de verstrekking van BBZ-kredieten aan bedrijven. Met betrekking tot deze leningen ligt het grootste deel van het risico (75%) bij de rijksoverheid. De rest van het risico ligt bij de gemeente.

Lening Stichting Sportaccomodatie Urk
De gemeente loopt over deze verstrekte geldleningen een beperkt risico. De Stichting Sportaccommodatie Urk (SSU) heeft de opstallen als onderpand gegeven. Verder wordt jaarlijks, aan de hand van de jaarstukken, de financiële positie van de SSU beoordeeld.

Lening Stimuleringsfonds Volkshuisvesting:
Het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting verstrekt namens gemeente Urk startersleningen en onderhoudsleningen woningen.

Gebruikte rentepercentages

De werkelijke rentelast wordt over de verschillende begrotingsonderdelen verdeeld naar rato van de boekwaarden van de kapitaalgoederen die voor die onderdelen worden ingezet. In 2023 bedroeg dit "omslagpercentage" 1,3%. Het is de resultante van de rentelast en de boekwaarden van de vaste activa op 1 januari.

Op grond van het Besluit Begroten en Verantwoorden worden aan de voorraden bouwgrond in exploitatie rentekosten in rekening gebracht met afwijkende percentages. Die percentages bedragen in 2023 1,33% voor de Zeeheldenwijk en voor de overige bouwgronden in exploitatie 1,2%.

Deze pagina is gebouwd op 06/24/2024 11:08:17 met de export van 06/24/2024 11:05:28